Hoe vaak eet jij per dag? (en wat zegt dat)

Bijgewerkt: april 2024.

Ben jij een vetverbrander of een suikerverbrander?

Veel mensen zijn suikerverbranders geworden, hun lichaam begrijpt suikers als brandstof uitstekend, maar de vetvoorraden blijven onaangeroerd zitten rond dijen, billen en de buik.

Zonde.

Want als je geen suikerverbrander bent, maar een vetverbrander heb je meer energie. Je schommelt minder in concentratie en stemming én je valt wat kilo’s af. Ideaal als je hard wilt lopen of een fit voorbeeld wilt zijn voor je kind.

Hoe zit dat ook alweer met vetten en suikers?

Grofweg heb je twee brandstoffen: vetten en suikers. Je hebt doorlopend energie nodig. Om op temperatuur te blijven, om je hart te laten kloppen, om met je ogen te knipperen, om voortplanting mogelijk te maken: ook als je weinig doet, is er nogal wat activiteit in je lichaam. Voor veel van die activiteit leunt je lichaam op zuinige vetten. Daar heb je meer dan genoeg van. Het kan echter goed, dat je vetten als reserve blijven liggen en dat je voornamelijk suikers (glycogeen) aanspreekt. Zitten, stressen, vaak eten: door je gewoontes kun je een suikerverbrander worden.

Heb jij iedere twee uur behoefte aan wat eten (of iets te drinken met suiker)? Dan ben je een suikerverbrander.

Het goede nieuws: je kunt met wat toewijding in korte tijd weer een vetverbrander worden.

Dé tip om weer terug een vetverbrander te worden: stop met tussendoortjes

Maaike de Vries vroeg me jaren geleden hoeveel eetmomenten ik had per dag.

‘Drie,’ antwoordde ik, met ontbijt, lunch en avondeten in mijn hoofd.

‘Alles waar je bloedsuikerspiegel van omhoog gaat, telt,’ vulde Maaike aan.

Dus ook thee met honing, een koekje bij de koffie, een appeltje of mandarijntje tussendoor. Alles telt.

Een dag later ging ik tellen: 14 ‘eet’momenten. Inclusief het kopje thee met honing.

Hoeveel eetmomenten heb jij op een dag?

Hoe vaak eet jij per dag?

Bekijk resultaat

Aan het laden ... Aan het laden ...

Er zijn verschillende redenen om je eetmomenten terug te dringen. In één zin komen ze allemaal hierop neer: je wilt je vetvoorraden als brandstof inzetten en niet meenemen als ballast.

Een vetverbrander heeft meer energie dan een suikerverbrander. Je hebt (minimaal) 70.000 calorieën aan vet en ‘slechts’ 2000 calorieën aan suiker (glycogeen). Bijkomend voordeel voor de vetverbrander: je valt wat overtollige kilo’s af.

Dus hardlopers, ondernemers en ouders willen sowieso vetverbrander zijn voor de energie. En mensen met een burn-out, overgewicht en diabetes type II willen vetverbrander zijn voor het gezondheidseffect.

Waarom zijn er zoveel suikerverbranders tegenwoordig? Ook dat is simpel samen te vatten: veel zitten, veel stressen, vaak eten.

Vaak eten

Wie vaak eet, leert zijn lichaam om suikerverbander te worden of te blijven.

Sinds ik dit weet, doe ik periodes aan periodiek vasten. Ik eet tussen 12:30 en 19:00. Het houdt me het grootste gedeelte van de dag in de goede verbranding, ook als ik tussen 12:30 en 19:00 een koekje eet of wat chocola.

William Cortvriendt (de arts van het boek Hoe word je 100) is niet perse voorstander van periodiek vasten. Hij zegt dat het prima is om in de ochtend te ontbijten.

Ontbijt. Lunch. Avondeten.

Als je drie keer per dag eet en tussendoor niks eet of drinkt waar je bloedsuikerspiegel van omhoog gaat, is het ook goed. Op deze manier kun je ook 3 kilo afvallen, we starten 1 mei weer met een grote groep.

Dus tussendoor geen fruit, geen honing in de thee, geen frisdrank, geen koekje bij de koffie, geen chocola en in de avond ook geen kaasje of alcohol tussendoor.

Hoe komt het dat je vaak honger hebt als je een suikerverbrander bent?

Bovenstaande curve geeft het eenvoudig weer.

Na het eten stijgt je bloedsuikerspiegel. In reactie op deze hoge bloedsuikerspiegel maak je veel insuline aan en daalt je bloedsuikerspiegel weer. Het moment dat je bloedsuikerspiegel op een dieptepunt komt, heb je weer trek en ga je weer eten.

Op deze manier krijgt je lichaam iedere 1,5 tot 2 uur een piek, gevolgd door een dip en er is geen noodzaak om vet als brandstof in te zetten.

Dit patroon doorbreek je door minder vaak te eten.

Want als je energie nodig hebt, maar je vult het niet aan met eten, schakelt je lichaam over op brandstoffen die je zelf hebt opgeslagen: je vetten.

Wát je eet is natuurlijk ook van belang

Ben je gewend om bijvoorbeeld te ontbijten met boterhammen met jam dan heb je eerder trek dan wanneer je ontbijt met kwark, blauwe bessen en walnoten.

Eiwitten en vetten verzadigen langer dan snelle koolhydraten.

De kunst is: überhaupt geen behoefte hebben aan tussendoortjes en een verzadigd gevoel te hebben van maaltijd tot maaltijd.

Je valt af, je hebt meer energie, je concentratie is beter, je stemming is beter, je sportprestaties gaan vooruit, je slaapt beter.

Om eerlijk te zijn, word ik zelf altijd een beetje moe van dit soort rijtjes: afvallen, beter slapen, betere concentratie, verbeterde sportprestaties. De rijtjes worden ook uit de kast getrokken voor supplementen, yoga, meditatie, massageapparaten of eiwitshakes.

Het kan wel wezen, maar het kan ook anders.

Maar met dit onderwerp, pak ik het rijtje er graag bij.

Want in een tijd dat vaak eten en overgewicht de nieuwe norm lijkt te worden, is het écht goud waard om minder vaak te eten en weer een vetverbrander te worden.

In de reacties lees ik graag hoeveel eetmomenten jij hebt op een dag.

En: wil jij een vetverbrander worden, meld je aan voor de 30 dagen en doe mee.

Over de auteur

Ik schreef tien boeken over ademhaling, kou, hardlopen, wielrennen en mediteren.

In 2014 ontmoet ik William Cortvriendt, een arts en schrijver die zegt dat mensen te vaak eten. Na deze ontmoeting experimenteerde ik met vasten, koolhydraatarm eten en hardlopen zonder sportdrank. Het resultaat: meer energie en een grote interesse in voeding. En om daar met volle teugen van te genieten is goed eten een waardevol uitgangspunt. In 2026 verschijnt mijn nieuwe boek: Eten tot je erbij afvalt. Eet smakelijk!

Koen de Jong